PLUSPUNTEN
- De mooie fietspaden over Scheldeoevers en door -meersen
- Het aangename centrum van Gavere
- Het gezellige dorpsplein van Zwijnaarde
- Enkele mooie historische relicten
Op deze eerste van de 3 Scheldevallei fietsroutes ten zuiden van Gent verken je verschillende natuurgebieden die samen de Scheldemeersen vormen.
In deze groene long tussen Zwijnaarde en Gavere fiets je langs oude afgesneden Scheldemeanders, natte weide- en hooilanden, grachten omzoomd door knotwilgen, over onverharde paden en landweggetjes.
Af en toe volg je de icoonroute langs de Schelde, heel vaak duik je ook de vallei en de meersen in.
De route is uitgepijld met zeshoekige bordjes.
Bron: Toerisme Oost-Vlaanderen, Routen, Scheldevalleiroute #1
Voor wie niet de volledige Schelderoute (icoonroute) wil of kan fietsen is dit een mooi alternatief, een fietsroute in een lus die je terug naar je startplaats brengt. Zo zijn er langs de Schelde nog lusvormige fietsroutes die je eventueel kunt combineren. Het is uiteraard fietsen langs een rivier en door meersen, met enkel Gavere en in mindere mate Zwijnaarde als versteende afwisseling. Wie van natuur houdt kan hier volop genieten. De route is vlak met een paar hellingen.
Rond het keerpunt in Gavere moet je over enkele stukken met drukker verkeer. Het tweede deel is ook minder afwisselend waardoor het misschien na 15 km kan gaan vervelen. Hou er ook rekening mee dat de startinfo op het kaartje en de GPX van "Routen" niet overeenstemmen.
Zoek je de betekenis van de sterretjes?
Je vindt de uitleg bij de informatie over de fietsblog op de homepagina.
Zowel Zwijnaarde in het noorden als Gavere in het zuiden zijn uitstekende startplaatsen. Beide hebben gezellige terrassen en kunnen ook als pauzeplek halfweg dienen.
Meersen zijn vlakke landschappen met populierenrijen, knotwilgen, dijken, paden, solitaire loofbomen, poelen, enz.
Vóór de industriële revolutie (2de helft van de 19de eeuw) was er in de Scheldemeersen een grote agrarische bedrijvigheid. Tijdens de industriële revolutie onderging de vallei een grondige metamorfose. Men begon met de ontginning van de kleiige gronden. De zogenaamde ‘scheldesteen’ werd in de plaatselijke veldovens gebakken. Na 1900 doofde de baksteenindustrie uit wegens een gebrek aan grondstoffen.